1 14
Voor verdere bijzonderheden betreffende de
openbare lagere scholen verwijzen wij naar het
verslag der plaatselijke Commissie voor het Lager
onderwijs over den toestand van het onderwijs
missie, die door ons benoemd was, om een on
derzoek naar het teekenonderwijs in te stellen
en van advies te dienen, nadat zij in December
1886 haar rapport had uitgebracht, onze erken
telijkheid betuigd voor hetgeen in deze door
hen was verricht. Met onzen dank werden zij
uitgenoodigd de verzekering aan te nemen, dat
wij de bereidverklaring der Commissie, om ook in
de verdere behandeling dezer aangelegenheid
ons voor te lichten, op hoogen prijs stelden.
Nadat evenvermeld rapport was gedrukt, werd
het om bericht en raad gesteld in handen van
den Schoolopziener in het district ’s-Gravenbage,
van den Schoolopziener in het arrondissement
’s-Gravenhage en van de plaatselijke Commissie
van toezicht op het Lager onderwijs. Na van de
adviezen dier verschillende onderwijsautoriteiten
kennis te hebben genomen, verzochten wij den
heer Boersma, rapporteur, aan zijne Commissie wel
te willen mededeelen, dat het ons College hoogst
aangenaam zou zijn, ook in het bezit te worden
gesteld van haar nader advies over de uit
voering harer denkbeelden omtrent de inrich
ting en de methode van het teekenonderwijs
op de openbare lagere scholen voor on- en min
vermogenden te ’s-Gravenhage. De Commissie
verklaarde zich volkomen bereid, aan onzen
wensch te gemoet te komen.