U5 zorgen van de Directie, die met een afwisselend repertoire, waaronder de laatst uitkomende stukken, tracht aan de eischen van het schouw- burgbezoekend publiek te voldoen. Werd ten aanzien van de Fransche opera in ons vorig verslag reeds vermeld, dat op een drukke opkomst van toeschouwers niet kon worden gewezen, in het jaar, waarover dit ver slag loopt, is daarin geen verandering gekomen. Geen wonder dus, dat de Directeur zich met een dringend herhaald verzoek tot den Gemeen teraad wendde om weer in het genot te worden gesteld van het vroeger toegekend jaarlijksch subsidie. Ditmaal werd gunstig daarop beschikt en hem voor het speelseizoen 1887/88 een gel delijke bijdrage verleend van f 6000. Als nieuwe stukken werden opgevoerd de opera-comique Manon” van J. Massenet, waar van de eerste voorstelling door den componist zelven werd geleid, het drame-lyrique „La légende de l’Ondine” van G. Rosenlecker en de opera-bouffe „Le Canard a 3 bees” van Emile Jonas, terwijl als grand opera op nieuw gemonteerd werd „Roland a Roncevaux” van A. Mermet. In den loop van het speelseizoen 1886/87 gaf de gevierde zangeres Madame Albani hier drie gastvoorstellingen, welke, evenals in vorige jaren, door een zeer talrijk publiek werden bijgewoond. Ook van tijd tot tijd werd door vreemde tooueelgezelschappen, geëngageerd door de Di rectie van het Hollandsch tooneel of door die van de Fransche opera, een enkele opvoering gegeven van een elders met succes vertoond stuk. In plaats van de heeren Mr. J. P. Vaillant 10

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1887 | | pagina 153