24
85), over het dienst-
438.953.19.
10.444.706.905
- 10.005.753.71*
t 3,517.115.66
- 3,517.115.66
n°
Juni 1851) (Staatsblad
jaar 1886 bedragen:
de ontvangsten
en de uitgaven
zoodat die rekening sluit met
eeu batig saldo van
Verder verwijzen wij, wat dat dienstjaar be
treft, naar de staten A en B (Bijlagen 12 en 13),
die den aard der ontvangsten en der uitgaven
afzonderlijk vermelden.
Van bovengemeld saldo werd ten bate van
den dienst 1887 beschikt tot een bedrag van
377.223,655 terwijl het overige ad 61.729,535
ten goede kwam aan den dienst 1888.
Volgens de door Gedeputeerde Staten goed
gekeurde begrooting (Art. 207) voor het dienst
jaar 1888 is het geraamd bedrag:
der ontvangsten
en der uitgaven
Het groote verschil tusschen de ontvangsten
en uitgaven van de diensten 1886 en 1888 is
hoofdzakelijk ontstaan doordien op den dienst
1886 zijn geboekt in ontvang 5.414.567.50
wegens geldleening, 400.000 wegens teruggave
van uitgezette kasgelden, 300.000 wegens op
neming van kasgelden en 522.863 wegens
assurantiepenningen ontvangen tengevolge van
den brand van het Kurhaus. De uitgaven zijn
daardoor evenredig ook hooger geweest.
Wij laten hier verder volgen een staat der
Gemeentesch u Iden
