23 V. Bewaarscholen. Bij besluit der Provinciale Staten van den 12den Juli 1887 (Provinciaal blad N’. 54) is het. Beglement voor de bewaar- en kleinkinderscholen in Zuid-llolland, vastgesteld door de Staten van dit Gewest den 17 November 1854. goedgekeurd bij Kon- besluit van den 24 Augustus 1855 N". 42 en afgekondigd in het Provinciaal blad N°. 102 van dat jaar, ingetrokken. De zeven openbare bewaarscholen werden door de drie leden der Commissie, belast met het toezicht op de bewaar scholen en op het onderwijs aan de helpsters en kweekelingen der scholen, gezamenlijk bezocht. Uit het verslag dier Commissie teekenen wij het volgende aan De openbare bewaarscholen telden op 31 December 1887 1424 jongens en 1390 meisjes of 54 jongens minder en 4 meisjes meer dan in het vorig jaar. Het aantal restanten bedroeg 1445, waarvan 5.15 op de school aan de Koningstraa en 469 te Scheveningen. Het aantal leerlingen boven de 6 jaren bedroeg te 's Gravenhage 288 jongens en 282 meisjes en te Sche veningen 192 jongens en 179 meisjes, zoodat in het geheel 1322 kinderen of ruim 43 pCt. den Gjarigen leeftijd hadden bereikt. Over den arbeid, vlijt en geschiktheid van het onderwijzend personeel valt, over het algemeen, zeer te roemen. De verhou ding tusscben de hoofden en bet verdere personeel laat weinig te wenschen over. In het afgeloopen jaar werden ontslagen 5 helpsters en 8 kweekelingen, werden bevorderd 12 helpsters en 33 kwee kelingen en benoemd 12 kweekelingen. De gezondheidstoestand der leerlingen was bevredigend. De rooster van werkzaamheden werd opnieuw door de Commissie belast met het toezicht op de bewaarscholen en op het onderwijs aan de helpsters en kweekelingen dier scholen, onderzocht en andermaal door den Wethouder van Onderwijs voor slechts één jaar goedgekeurd. De resultaten van het onderwijs worden bevredigend genoemu. De opleidingsklasse telde op 1 December 1887 53 leerlingen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1887 | | pagina 328