39. ruw alleen een g IV. Scheepvaart. en eeuwen voor voor a. Binnenlandsch. Naar Amerika werd weder veel verzonden, doch alles werd tegen lage prijzen omgezet. België was als altijd het land waar alle vischsoorten kon' den geplaatst worden; de gerookte haring bracht evenwel door de concurrentie met Engeland voortdurend weinig op. Door dien geringen aftrek bleven massa's pekelharing on verkocht en daalden de prijzen daarvan aanmerkelijk. Eerst op het einde van 1887 werd de handel iets levendiger en konden de meeste partijen tegen inkoopsprijs van de hand gedaan worden. Voor de visscherij werd aangevoerd 5.750.568 KG. zout, verbruikt werd 7.080.459 KG. De met de visscherij in verband staande bedrijven hadden voortdurend werk. Op de scheepstimmerwerven werden weder ettelijke nieuwe bomschuiten gebouwd. Het aandoen door de bomschuiten van de havens te Vlaar- dingen en Maassluis deed een druk handelsverkeer tusschen die plaatsen eji Scheveningen ontstaan Vijandelijkheden tusschen Scheveningsche en vreemde vis- schers kwamen veel minder voor dan vroeger, dank zij de bemoeiingen der Regeering en de toepassing der tractaten. Ook bij de verschijning van dit verslag is de havenkwestie nog maar weinig tot haar oplossing genaderd; de algemeene toestand brengt echter telkens duidelijker aan ligt licht dat een haven Scheveningen voor algeheele verarming en de Scheveningsche visscherij voor algelieelen ondergang zal kunnen vrijwaren. Moge dan ook de Regeering het gewicht daarvan inzien iets bijbrengen tot instandhouding van een door alle heen belangrijken tak van bestaan. Aan het. einde van 1887 waren er in deze Gemeente 106 vaartuigen van 10 en meer tonnen inhoud meteen gezamen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1887 | | pagina 540