39.
g Vlll. Samenstelling en handelingen der Kami r.
II. tot Z. Exc. den Minister
en vee
opbrengst
van
i)
zijn en drong er
dat de belangen van
worden opgeofferd
Het personeel der Kamer bleef voltallig tot 12 November
1887, toen de Heer Parser zich genoopt zag om redenen van
gezondheid zijn ontslag te nemen. Sedert Januari 1881 lid
der Kamer, heeft de Heer Parser de belangen der visscherij
en hetgeen daarmede in verband staat, bij de Kamer steeds
krachtig voorgestaan.
De Heeren L. S. Enlhoven en A. Schroot, die den wensch
te kennen hadden gegeven om voor eene herbenoeming niet
meer in aanmerking te komen, werden vervangen door de
Heeren H. Enthoven en .1. J. L Heldring, die op 18 Januari
1887 als zoodanig werden geïnstalleerd.
De Kamer hield 11 gewone en 3 buitengewone vergaderingen.
Van de voornaamste onderwerpen daarin behandeld, volgt
hierachter een beknopt overzicht.
De Kamer wendde zich
1. tot de Tweede Kamer der Staten-Generaal, bij adres dd.
7 Mei 1887, op de bezwaren wijzende van de Scheveningsche
renders tegen den geprojecteerden lijn van den stoomtram der
lloll. Ijzeren Spoorweg-Maatschappij langs het strand. De
Kamer wees op het gevaar dat er vooral des winters voor
de bomschuiten zou ontstaan uit den aanleg dezer lijn en op
de onveiligheid van het strand, welke er het gevolg van zou
bij de Vertegenwoordiging eerbiedig op aan,
Scheveningen als visschersdorp niet mochten
aan den bloei der badplaats
f 547 096.851/,
- 39174.80'/.
- 151 667.71
- 2.981.05
- 8.095 71*/2.
520 859 Reizigers met een
1.815.483 KG. bestelgoed
84-952 700 vrachtgoed
207 stuks rijtuigen
14132 paarden
van Waterstaat, Handel en