71
len hulpgeneesheer
op daartoe gedaan
IV. Gast- en Ziekenhuizen en Krankzinnigen
gestichten.
a. Gemeenteziekenhuis.
Aan het door de Commissie uitgebracht ver
slag hierachter opgenomen onder bijlage 19
ontleenen wij het volgende.
De samenstelling der Commissie onderging
verandering door het aftreden van den heer
P. C Evers als Wethouder. In diens plaats trad
als voorzitter op de heer Mr. L. P. M. H. Baron
MICHIELS VAN VeRDUIJNEN.
De Geneesheer-Directeur, Dr. G. P. van Tien-
hoven en de geneesheeren, die hem in zijn veel
omvattenden werkkring ter zijde staan, ver
dienen lof voor de wijze, waarop zij zich van
hun gewichtige taak kwijten.
Aan de beide inwonende geneesheeren werd,
overeenkomstig de gewijzigde instructie voor de
hulpgeneesheeren, met den aanvang van 1887,
de titel verleend van le en 2e hulpgeneesheer.
Dr. A. A. Korteweg, die met ingang van 1
Januari 1887 als hulpgeneesheer herbenoemd
was en, na het in werking treden van boven
bedoelde instructieals
werkzaam was, verkreeg
verzoek, met ingang van 1 November, als zoo
danig eervol ontslag. De daardoor ontstane va
cature werd vervuld door Dr. C. M. de Jong,
die met ingang van 15 Januari 1887 was be
noemd in de plaats van Dr. Kortlandt, aan
wien mede op verzoek eervol ontslag was verleend.
Als 2e hulpgeneesheer werd met ingang van
1 November benoemd de heer P. H. Hazewinkel,
arts te Groningen.