88
personeel noodig geworden na den bouw van
het nieuwe bureel van politie en tevens om
door een meer evenredige verdeeling van het
aantal agenten lste, 2de en 3de klasse eenige
meerdere kans op bevordering te geven.
Als gevolg van het laatst medegedeelde is
met ingang van 1 Januari 1888 het aantal agenten
lste en Oe klasse voor ieder op 40 vastgesteld.
Wegens verbouwing van het politiebureel aan
de Nieuwe Haven werd de dienst van dat bureau
tijdelijk overgebracht naar perceel Wagenstraat
hoek Nieuwe Molstraat.
De Waterschout te Scheveningen deelt ons mede
dat men zich over het algemeen verheugen
mocht over de goede orde en tucht op de vis-
schersvloot, slechts drie gevallen van desertie
deden zich voor en dan nog wel, terwijl de
schepen in andere plaatsen lagen.
In de maand Juni had een kwestie tusschen
de reederij en de zeelieden een vrij langdurige
werkstaking tengevolge, en wel over het zooge
naamde graaigeld, zijnde een zeker werkloon
voor het gereed maken van de schepen voor
de haringvisscherij. Nadat ook dit geld weder
roor 1887 was uitbetaald, werd de vloot in ge
reedheid en in zee gebracht.
Klachten over baldadigheden van Belgische
visschers werden niet vernomen; slechts één
proces-verbaal werd opgemaakt tegen de be
manning van een schip uit Yarmouth wegens
het af kappen van een schrobnet; een nauwkeurig
daaromtrent ingesteld onderzoek door den Consul-
Generaal te Londen in vereeniging met de Engel-
sche autoriteit te Yarmouth bleef zonder gevolg.