139
eerste in de theorie der muziek en de tweede
in het piano-spel, op voorstel van den Direc
teur en die Commissie van Toezicht door Z. Exc.
den Minister van Binneulandsche Zaken, als
vaste leeraren aangesteld.
Door den Directeur, 18 leeraren en 1 leerares
werd in de vakken, bij het reglement omschre
ven, onderricht gegeven. De met ingang van
1 .Januari 1885 opgerichte klasse voor «On
derwijskunst”, aanvankelijk in het pianospel, ten
einde de meest gevorderde leerlingen in de ge-
1 genheid te stellen onder leiding van een der
hoofdleeraren les te geven aan de school zelve
en die bij voortduring blijkt van groot nut te
zijn, is thans ook tot de vioolklassen uitgei reid.
Het jaarlijkse!) examen, waartoe als deskun
digen waren uitgenoodigd de heeien J. IJ.
Sikemeier uit Rotterdam en Joseph Cramer uit
Amsterdam weid op 3, 4, 7, 8, 10, 11, 14,
15, 17 en 18 December gehouden Het school
jaar werd op 22 December besloten met een
concertavond in Ddigentia.
Bij die gelegenheid werd het eindgetuigschrift
uit gereikt aan:
mej. A. G. II. M. Hartogh Heijs, uit Assen,
en A. F. De Haas, uit Leiden, voor piano, piano-
onderwijs en kamermuziek
den heer C. J. de Munck, uit Leiden, voor
piano met virtuositeit, piano-onderwijs, kamer
muziek en orkestspel (alt-viool);
den heer G. P. Doesburg, uit Leiden, voor viool,
alt-viool, trombone, kamermuziek en orkestspel;
den heer J. M. I. Jacobs, uit ’s-Graveuhage,
voor fagot, orkestspel en lager piano-onderwijs.
Voor den cursus 1889 lieten zich 154 leer-
