144
rompen en geheele beelden) oefenden zich 24
leerlingen. 18 jonge teekenaren schaarden zich
ditmaal om het levend model
In de afdeeling B, de verschillende theore
tische vakken bevattende, werd onderwijs ge
geven in het rekenen aan 43 leerlingen; in de
meetkunde aan 50, in de werktuigkunde aan
17, in de landmeetkunde aan 13, in de stereo
metrie aan 29, in de beschrijvende meetkunde
aan 10, in de doorzichtkunde aan 9 leerlingen
van den winteravondcursus Aan het onderwijs
in ontleedkunde en proportieleer namen 64 leer
lingen deel Kunstgeschiedenis werd aan een
16tal onderwezenhet onderwijs in costuum-
kunde werd aan 7 leerlingen verstrekt. Een
cursus in de methodiek werd door 13 leerlin
gen gevolgd. De afdeeling C. (ornament) bestond
resp. uit 66 en 49 leerlingen.
In de afdeeling D. (boetseeren) werd onder
wijs aan 62 leerlingen verstrekt.
De afdeeling E.(bouwkunde) werd wederom zeer
druk bezocht. De eerste en tweede klasse (recht
lijnig teekenen.projectieleer en de leer van hout-en
steenverbindingen) was uit 107 leerlingen samen
gesteld de derde, vierde, vijfde en zesde klasse
(samenstelling en toepassing van metsel- en tim
merwerken) bestond resp. uit 16. 23, en 13 leer
lingen in de achtste en negende klasse (het
ontwerpen van gebouwen, ook in verband met
de bouwstijlen) waren resp. 12 en 5 leerlingen
werkzaam.
Wat de ontvangsten en uitgaven betreft,
dezen zijn opgenomen achter het verslag uitge
bracht door den Raad van Bestuur.