152 te nemen tot ondersteuning van hen, die anders in die maanden reeds aan het werk waren, waardoor de kosten van onderstand eenigszins hooger zijn geweest, dan in vorige jaren, doch die omstandigheid buiten beschouwing latende, mag men, met het oog op de groote uitbreiding der Gemeente en vermeerdering van het aantal inwoners, aannemen dat het aantal behoeftigen stationnair is gebleven. Ook te Scheveningen was het noodzakelijk in het voorjaar eenige buitengewone uitdelingen van brood en, waar zulks noodig bleek, ook van brandstoffen te houden. Bij de eerste uitdeeling in Januari 1888 wees de lijst der bedeelden een cijfer aan van te ’s-Gravenhage 347 gezinnen, uitmakende S18 personen, te zamen bedeeld met f 253.80 in geld en 310 brooden, en te Scheveningen met inbegrip van 94 gezinnen of 377 personen, vroeger uitsluitend ondersteund met warme spijs, brood en eenige brandstoffen 205 gezinnen, uitmakende 551 personen, te zamen bedeeld met f 108.10 in geld en 405 brooden. Die lijst bedroeg alzoo in Januari, allen te zamen genomen, 552 bedeelden, uitmakende 1372 personen, met een gezamenlijk wekelijksch bedrag in geld van f361 90 en 715 brooden, het geen bij omslag voor den onderstand van ieder gezin ongeveer 80 cent bedraagt en alzoo on geveer gelijk staat met dat op hetzelfde tijdstip des vorigen jaars. Bij het einde van liet winterseizoen werd de lijst der bedeelden teruggebracht op 414 ge zinnen, uitmakende 859 personen, bedeeld met f 299.30 en 440 brooden ’s weeks.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1888 | | pagina 158