15 zocht, dat hem, in verband met de bestaande bepalingen, pen sioen mocht worden toegekend Het gevraagde ontslag is hem dientengevolge door Uwe Excellentie verleend en het pensioen hem door onze Commissie toegekend, berekend naar den bij het Reglement vastgestelden maatstaf, beide met ingang van 1 Januari 1889. Zijne plaats wenschten wij te doen innemen door den lieer A. Si’OEL, die gedurende den vorigen en den loopenden leer cursus, nevens den lieer Seiffert, tot. onze tevredenheid den Solozang had onderwezen en als leeraar in het koorgezang gedurende drie jaren als zoodanig van groote bekwaamheid blijken had gegeven. Up onze voordracht werd die leeraar dan ook door Uwe Excellentie met ingang van 1 Januari 1889 tot vast onder wijzer in den Solfeggio en Solozang aangesteld. Het groot aantal lesuren, dat voor deze beide vakken is be stemd door den grooten toevloed van leerlingen voor de Solo- zangklasse, moest het aantal lesuren tot nog toe voor deze klasse vastgesteld, aanzienlijk worden vermeerderd, maakte het voor den Heer Spoel ondoenlijk zich langer met het on derwijs in het koorgezang te belasten en moest naar een anderen leeraar voor deze klassen worden omgezien. Uit een zestal sollicitanten, die zich voor deze betrekking, ten gevolge van eene oproeping in de dagbladen aanmelden, kozen wij den Heer II. Völlmar, dien wij tijdelijk mede te rekenen van 1 Januari 1889 dat onderwijs opdroegen, nadat wij van Uwe Excellentie de goedkeuring der hem toe te ken nen bezoldiging hadden ontvangen. De Directeur, de Heer Nicolai, heelt zich thans weder defini tief met het onderwijs in de muziekgeschiedenis belast. De leeraar, die in het vorige jaar het onderwijs in het pianospel, wegens ernstige ongesteldheid gedurende eenige we ken, moest stakenmoest ook in den loop van dit jaar, om dezelfde reden dat onderwijs gedurende drie a vier weken opgeven. In zijne plaats traden tijdelijk de onderwijzer der Muziek school van Ling en de dames von Sturler en Salverda, oud-leerlingen der school, die zich, daartoe door ons uitge-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1888 | | pagina 216