39 en Die der steur haring van naar het buitenland, voorname- was afwisselend bevredigend; in de November echter slecht, welke toestand het jaar is blijven aanhouden, hoewel van 1889 verbetering De prijzen van en Denemarken, hoewel niet grooter dan het vorige jaar voorzag toch steeds eenigszins in de schaarschheid van dat artikel voor den handel. Geschillen met betrekking tot het graaigeld kwamen niet voor, daar sedert 1887 vastgesteld werd daarvoor f 65af te trekken van de besomming, toe te kennen. Ook dit jaar gingen in April twee hommen uit ter kol visscherij. In het begin van Juni werd een aanvang gemaakt met de haringvisscherijde voorraad van het vorige jaar was geheel opgeruimd. Aan deze visscherij werd deelgenomen door 181 bommen en 33 loggers. De haringvisscheiij was minder voordeelig dan de beide vorige jaren; de prijzen evenwel waren een weinig hooger waardoor de uitslag dezer visscherij over het geheel gunstiger was. Aaugebracht werden 101942 kantjes pekelharing 22111 ton steurharing 8943600 stuks idem. de pekelharing waren van f 10tot f 15per kantje f 8tot f 16ton of f 10tot f 18duizend Uien werden dit jaar niet veel aangevoerd, waardoor de prijzen betrekkelijk weinig verschilden met die der vollen, althans met de laatste prijzen dezer soort. Makreel werd niet gevangen en de enkele tonnen, die per schuit werden aangebracht zijn meestal door de visschers uit de hand verkocht, vermoedelijk voor een prijs van 15 tot 17 gld. per ton. De aftrek der haring lijk Duitschland tweede helft van tot het einde van er uitzicht bestond dat het begin zou aanbrengen. Evenals vroegere jaren werd er ook haring nitgevoerd naar Amerika, en ofschoon somtijds de opbrengst bevredigend heeten mocht was zij meer malen zeer slecht België als altijd het land, waar alle vischsoorten ge plaatst kunnen worden, leverde dit jaar, wat de bokking betreft niet veel winst op. Vooral in de maanden No-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1888 | | pagina 576