39. booger is dan waarvoor in andere plaatsen de aansluiting verstrekt wordt. Het. kan dan ook niet dan onbillijk heeten, dat de Maatschappij geen rekening houdt met de zoo ver anderde tijdsomstandigheden. Maakt men een vergelijking tusschen deze gemeente en tal van andere plaatsen in ons land, alwaar telephoon-ver- bindingen bestaan, dan [blijkt het dat ’s-Gravenhage in de meest ongunstige positie verkeert. In de steden Arnhem, Utrecht en Dordrecht werd de prijs door de Nederl. Bell-Telephoon-Maatschappij teruggebracht op f' 60 en 51, hoewel het zeker is dat het getal abonné’s in geen dier plaatsen grooter is dan in onze gemeente. Wordt een tarief van 50 en 60 nog vol- zoo moet bij grootere aansluiting de in die plaatsen met doende winst behaald, winst in hoogere mate stijgen. De gunstig bekende firma Ribbink, Van Bork Go. te Amsterdam aanvaardde de concessie voor f 35 ’sjaars te Leeuwarden; te Enschedé, waar zij mede met den aanleg werd belast, nam men de zaak in eigen beheer en werd de prijs op f 30 ’sjaars gesteld, terwijl in Leiden en andere gemeenten de concessie tegen een abonnementsprijs van /35 werd toegestaan, en de dienst overal uitstekend wordt ge noemd. Om bovengenoemde redenen verzocht de Kamer een on derhoud met den heer Dr. Hubrecht, directeur der Ned. Bell-Telephoon-Maatschappij. De redenen daarop van de zijde der Maatschappij aangevoerd, waarom er van verlaging geen sprake kan zijn, waren de volgende lo. omdat de prijs, vergeleken met dien in de meeste steden van Europa niet te hoog was 2o. dat de verlaging van abonnement voor steden als Groningen, Utrecht, Dordrecht enz. alleen toegestaan was met het oog op het tot stand komen van een wet, waardoor het mogelijk zou worden deze plaatsen met de omstreken te verbinden 3o. dat de Maatschappij bereid was in grooter getale publieke stations op te richten en bij voorkomende gele genheden andere geriefelijkheden te schenken

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1888 | | pagina 600