61 3 o. Waterverversching. Wegens het afwisselende weder konden in de eerste maanden des jaars de werken der wa terverversching slechts weinig vorderen, ofschoon ze toch voortdurend, met zooveel kracht als de weersgesteldheid dit toeliet, werden voortgezet. De zeesluis was in April voltooid en geschikt om als waterkeering dienst te doen, en in het laatst der maand Juni was ook het zand uit de voorhaven genoegzaam verwijderd en waren de verdere zandopruimingen zoover gevorderd, dat de werken konden worden in gebruik genomen, terwijl met het afwerken kon worden voort gegaan. Ook met het oog op het badseizoen werd intus- schen met het in werking stellen tot in October gewacht. In verband hiermede werd ook de zandop- ruiming tusschen de hoofden na de afgifte van den voorlaatsten betalingstermijn (eerste ople vering) gestaakt, omdat het bestek den aannemer vrijheid gaf daarbij van het spuivermogen ge bruik te maken. De eerste oplevering had plaats op 11 Juli. Het werk had moeten voltooid zijn op 1 Januari 1888, en achtereenvolgens werd mitsdien van de betalingstermijnen gekort een bedrag van f 26,910, waarvan intusschen bij Raadsbesluit van 14 Augustus remissie werd verleend, behoudens inhouding van zoodanig bedrag als noodig was om de meerdere uitgaven te dekken, die de latere oplevering aan de Gemeente veroorzaakte. Op 6 October werd krachtens vergunning van

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1888 | | pagina 67