69 schepen niet voor rekening der Gemeente te ondernemen. maar bij eene concessie de be schikbare gronden der Gemeente, voor den aanleg der haven noodig, kosteloos af te staan. 2o. ten behoeve van den aanleg van zooda nige haven bovendien een subsidie uit de Ge meentekas toe te zeggen van hoogstens f 750.000, een en ander onder zulke voorwaarden als later zullen blijken noodig te zijn. Bovengenoemd voorstel werd in ’s Raads zit ting van 4 December in behandeling genomen en na breedvoerige beraadslaging aangenomen wat punt 1 betreft, terwijl punt 2 werd aan genomen, gewijzigd overeenkomstig de daarop ingediende amendementen om 1 o het subsidie te bepalen op hoogstens f 1.500.000 en 2o. bij het verkenen der concessie door den Gemeen teraad de voorwaarden te bepalen, welke zullen blijken noodig te zijn. Met de heeren Clifford en Steers worden thans onderhaudelingen gevoerd over de voor waarden, waaronder eventueel de concessie zoude kunnen worden verleend. c. De stoomtramweg der Hollandscbe Ijzeren Spoorweg Maatschappij werd in den loop van het jaar doorgetrokken van de Duinstraat tot aan het strand, nadat bij Raadsbesluit van 27 Maart 1888 de schikking met die Maatschappij ge troffen was omtrent de in te nemen Gemeen tegronden. Bij deze regeling kon van de Maat schappij bedongen worden, dat zij tusschen de Duinstraat en de geprojecteerde baan, van het bestaande halte-station tot de Gemeenteschool op den Citadel, een terrein van 20 M. diepte ter hoogte van liet trottoir zou afgraven, welke

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1888 | | pagina 75