82
der inrichting, werd ingenomen door freule Eloüt
van Soeterwoüde. die eerst tijdelijk en thans
voor vast de betrekking van Directrice op zich
heeft genomen.
De Sophiastichting verpleegde dit jaar 138
kinderen, afkomstig uit: Amsterdam 4, Delft
10, ’s-Gravenhage 59, Rotterdam 36, Utrecht
4. Arnhem 4, Dordrecht 3, Leiden 2, Breda
2, Deventer 2, Wassenaar 2, en verder uit
Woerden. Gouda, Oldenzaal, Vlaardingen, Neu
zen, Heusden, Nijmegen, Putten, Zwollerkerspel
en Huizen bij Leeuwarden ieder één.
Als genezen mogen beschouwd worden 26
kinderen, in verbeterden toestand vertrokken
103, terwijl voor 9 kinderen geen genezing of
verbetering mocht verkregen worden.
Het getal zeebaden bedroeg 1 548, dat der baden
van zeewater in het gebouw en der douches 880.
Het Bestuur onderging verandering door het
overlijden van Jonkvrouwe van Vredenburch en
Jhr. Gevers Deynoot.
ïn die vacaturen is nog niet voorzien.
In het Kinderziekenhuis, gevestigd aan het
Prins Hendrikplein No, 19, werden van 1 Mei
1887 tot 30 April 1888 verpleegd 89 kinderen
waarvan 61 jongens en 28 meisjes. Van deze
kinderen vertrokken er 54 als genezen, 9 kin
deren werden verbeterd ontslagen, één kind werd
door de ouders teruggenomen en 11 kinderen
stierven.
Het aantal verpleegdagen beliep 5742, zoo-
dat de gemiddelde duur der verpleging was 64.2
dagen.