16 0.43 M'. In de bedoelde zeven jaren werd verbruikt 1883 1884 1885 1886 1887 1888 1889 21.167.000 7.000.000 eene nuttige regenhoogte van Eene aandachtige inzage van de staten geeft aanleiding tot de na volgende opmerking: Neemt men de daling van 15 cm. in put N°. 26 bij liet Scheven Kanaal gedurende de laatste 7 jaren tot maatstaf dan blijkt uit staat V dat in verschillende putten langs de duinkanalisatie gedurende dit tijdvak eene zekere rijzing is waar te nemen. Hoogst opmerkelijk is het verschil van de uitwerking van de hevige regens in de maanden Juli van 1888 en 1889. De regenval in die maand van 1888 bedroeg 164 m/m., doch veroorzaakte geen rijzing van het grondwater, integendeel eene daling van gemiddeld (over al de putten gerekend) 18 m,m. greep plaats. In 1889 daarentegen viel slechts 130 m/m, terwijl de rijzing van het grondwater gemiddeld 114 m/m bedroeg. Hoogstwaarschijnlijk is dit toe te schrijven aan het verschil van de vochtigheidsgraad van de dampkringslucht, die door de op- en nedergaande bewegingen van het grondwater in het zand wordt gezogen of er uitgeperst. De hoogte van de gevallen regen gedurende de laatste 13 jaren is aangegeven in den navolgenden staat: 2.952.000 3.095.000 2.851.000 3.388.000 3.827.000 3.980.000 4.294.000 24.337.000 Van de voorraad werd afgenomen 3.170.000 zoodat door het hemelwater werd verkregen 21 167.000 hetgeen over eene uitgestrektheid van 700 H.A. eene waterlaag geeft van $.01 M'. of over een tijdvak van 7 jaren 3.01

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1889 | | pagina 229