19 I Door andere omstandigheden werd de verpleging der zieken gestoord noch gedeerd. Tot den lcn November bleef de genees- en heelkundige behandeling der zieken aan dezelfde hoofden en handen vertrouwd. Op genoemden datum was de diensttijd van den hulpge- neesheer Hazewinkel verstreken en daar zijne wenschen naar eene maatschappelijke betrekking grooter waren, dan die naar eene tweede herbenoeming in het Ziekenhuis, verzocht hij voor de laatste niet in aanmerking te kernen. Een zeer geschikten plaatsvervanger vond en vind ik in zijn opvolger den arts Nolst Trenité, een verdienstelijk kweekeling der Utrechtsche Hoogeschool, die reeds vroeger gedurende vele vacantieweken in dit Ziekenhuis werkzaam en dus voor het Ziekenhuis en voor mij geen onbekende was. Voorloopig werkzaam in de inwendige ziekenzalen, zal, met uwe goed keuring, later, als de hulpgeneesheer Dr. De Jong zijn drie- jaarlijkschen diensttijd zal hebben volbracht, de bezigheid van den heer Trenité meer bijzonder in de zalen der Chirurgische Afdeelingen gelegen zijn. Bij de behandeling van nachtzweet der teringlijders bleef het acidum camphoratum zijne waarde behouden. Nu en dan bleek ook sulfonal voor die behandeling ge- wenschte eigenschappen te bezitten. Bij zieken, wier maag of ingewanden ijzerverb indingen niet verdragen konden, werd het ferrum peptonatum in water opgelost en hierna driemalen gefiltreerd onder de huid en aldus in het bloed gebracht, zeer dikwijls met goed gevolg. dan het onderzoek van hier of daar geschept water der Brouwersgracht, die in den tijd der spuiing geene, in den tijd der ruste vele onaangename gassen te ruiken en in te ademen geeft. De kelders van het Ziekenhuis waren bij hoogen water stand en deze was in den afgeloopen zomer ongewoon hoog dikwijls nat en muf. Het besluit om alvast de kelders in het Ziekenhuis voor de bewaring van de goederen der zieken bestemd te doen ver- hoogen en trassen, zal zeker spoedig worden uitgevoerd en als deze beperkte verhooging en trasbekleeding verbe teringen mogen blijken, hoop ik, dat de geheele kelderruimte verbetering zal ondergaan.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1889 | | pagina 257