24
toewijding
B. Bijzonder onderwijs.
De Academie van Beeldende Kunsten.
Directeur: de heer A. van Delden.
In den loop van het vorig jaar kon de Raad van Bestuur
der Academie zij het ook slechts op bescheiden schaal
en bij wijze van proef gevolg geven aan den van vele
zijden geuiten wensch om uitbreiding te geven aan het on-
leeraressen en den leeraar, dat zij met ijver en
hunne betrekkingen vervullen.
IV. De Zeevaartkundige school te Scheveningen.
Leeraar de heer S. J. Krijt.
Het is der Commissie aangenaam hier te kunnen ver
melden, dat deze school geleidelijk in bloei toeneemt en
meer en meer blijkt in eene bestaande behoefte te voorzien.
Het getal leerlingen toch is steeds stijgende en bedroeg
in December 1889 25, tegen 17 in December 1888 en 7
in December 1887.
Uit den aard der zaak waar vele der leerlingen en
onder hen vooral de volwassenen gedurende de zomer- en
herfstmaanden varende zijn is de bevolking der school
in de verschillende maanden zeer ongelijk, doch in de win
termaanden toch zoo talrijk, dat het schoollokaal dan maar
even toereikende is om haar te bevatten. Door den ijverigen
leeraar worden dan ook reeds maatregelen beraamd om het
aantal wekelijksche lesuren uit te breiden, met het oog op
den te verwachten meerderen toevloed van leerlingen.
Het onderwijs wordt thans nog, als vroeger, driemalen
’s weeks gegeven, des Maandags, Woensdags en Vrijdags
van 4 tot 7 uren ’s namiddags. De leerlingen zijn daartoe
in twee klassen gesplitst. Van hen zijn het inzonderheid de
volwassenen, die bijzonder veel belangstelling in het onder-
wezene aan den dag leggen.
Van gemeentewege daartoe in staat gesteld, kon de leeraar
eene belangrijke uitbreiding geven aan de verzameling leer
middelen, vooral door het aanschaffen van verschillende
maritieme en hydrographische kaarten betreffende de Noord
zee en hare zeegaten.
I.