24 voor de 2d® klasse 16 van de 15 leerlingen, Toezicht. Wegens vertrek naar elders werd in den loop van het vorig jaar aan den Heer Plantenga als lid der Commissie eervol ontslag verleend door den gemeenteraad, welke in zijne plaats benoemde den Heer E. B. Kielstra. Overigens bleef de Commissie samengesteld als in 1888, terwijl ook geene verandering ondergingen de sub-commissiën, belast met het bezoeken der bijzondere inrichtingen van middelbaar onderwijs, bestaande uit de Heeren Michaëlis en Voorduin voor de Academie van Beeldende Kunsten, Feith en Van Rijn van Alkemade voor de Ambachtschool, en Carsten en Von Diesen voor de Industrieschool voor meisjes. Aan de Heeren Wijnmalen, Van den Acker en Kielstra droeg de Commissie meer in het bijzonder op het bezoeken der Zeevaartkundige school te Scheveningen. Van de verschillende werkzaamheden, haar bij Verordening opgedragen, kweet de Commissie zich geregeld. Het school bezoek gaf tot geene bijzondere opmerkingen aanleiding. Voorts deed de Commissie aan Burgemeester en Wethou ders voorstellen tot verlenging der Paaschvacantie, welke hier ter stede veel korter was dan in andere plaatsen, en tot het aanbrengen van verschillende andere wijzigingen in de Verordening No. 559, waarvan de naleving in de praktijk bezwaren opleverde. Deze voorstellen mochten bij Burgemeester en Wethouders Bij de toelatingsexamens bleek wederom, hoe onvoorbereid velen zich daaraan onderwerpen. Slechts 16 adspiranten van de 51 bleken voldoende onderlegd om het onderwijs te kunnen volgen. Van hen konden 4 al dadelijk in de 2de klasse worden geplaatst. Bij de overgangsexamens slaagden van de 20, en voor de 3de klasse 11 die er aan deelnamen. Acht van de negen leerlingen, die het eindexamen af legden, verwierven het getuigschrift daarvan. Zij vonden in verschillende betrekkingen in de maatschappij een nut tigen werkkring. Bij de akte-examens voor het lager onderwijs slaagden 5 van de 9 leerlingen voor de fraaie en 15 van de 18 voor de nuttige handwerken.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1889 | | pagina 461