39 Nijverheid van de algemeene be- van woningen voor de van ambachten onder b. Ambachtsnijverheid. Door den voortgaanden uitbouw der stad hadden de am bachten over 1889 geregeld werk. c. Inrichtingen in het belang der werklieden. De overige handelaren in boter en kaas hadden mede over het algemeen een voldoenden omzet. voor Kosthuizen voor Werklieden Voor zoover de Kamer bekend is, waren alhier gevestigd 1. de Vereeniging tot bevordering de Israëlieten; 2. de Leesinrichting voor den ambachtsman; 3. de ’s-Gravenhaagsche Volksgaarkeukens; 4. de Vereeniging ter verbetering arbeidende klasse 5. de Haagsche Maatschappij 6. de Nederl. Vereeniging 7. de Alg. ’s-Gravenhaagsche Werkliedenvereeniging 8. de ’s-Gravenhaagsche Ambachts vereeniging. d. Instellingen in het belang der Nijverheid. Deze bestonden uit: 1. de Afdeeling der Vereeniging ter bevordering van fabrieks- en handwerksnijverheid in Nederland, wier hoofdbestuur ook alhier gevestigd is; 2. de Vereeniging van en voor Nederlandsche industrieelen 3. het departement der te Haarlem gevestigde Maatschappij ter bevordering van Nijverheid; 4. de Vereeniging voor Handel en 5. de Vereeniging ter bevordering langen voor Scheveningen. VI. Bank- C'rediet-instellingen. Aangaande het alhier gevestigd Agentschap der Neder landsche Bank (agent de heer H. M. de Vries plaatsver vangend agent de heer A. P. H. Bodaan) blijken uit het tijdvak van 1 April 1881 tot 31 Maart 1889 uit het open baar gemaakt verslag van den President der Nederlandschsche Bank dd. 15 Mei 1889 de volgende bijzonderheden:

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1889 | | pagina 580