120 nieuwe en uitbreiding van bestaande scholen. Buitengewone mutatiën in dat personeel hadden plaats, wat betreft de onderwijzeressen in hand werken voor meisjes. Tengevolge van het optreden van een Dames comité, door de Plaatselijke Commissie voor het Lager Onderwijs uitgenoodigd haar voor te lichten in zake het onderwijs in handwerken op de openbare lagere scholen, werd dit onderwijs gereorganiseerd. Werd dit onderwijs vroeger op twee of drie dagen per week gegeven, thans wordt het aan alle scholen op éénen dag per week verstrekt, alsdan aan alle leerlingen der school tegelijk en wel in den na middag van Dinsdag, Woensdag of Donderdag, op welke uren de jongens vacantie hebben. Om tot deze regeling te kunnen geraken, was het noodig de Verordening, houdende voorschriften omtrent regeling en bezoldiging van het onderwij zend personeel, te herzien. Bij de vaststelling der nieuwe verordening werd bepaald, dat de onderwijzeressen in handwerken, in plaats van aan twee, zooals tot nu toe het geval was, aan drie scholen konden werkzaam zijn, en dat dit onderwijs voor elke school zoude worden opgedragen aan ééne onderwijzeres 1ste klasse 2 de en zooveel onderwijzeressen 3de klasse, dat het ge- heele getal dier onderwijzeressen niet meer bedrage dan ééne op 25 leerlingen. Nadat die verordening de goedkeuring van Ge deputeerde Staten had verworven, werd bij Raads besluit van 21 October aan bijna alle scholen het getal onderwijzeressen in handwerken uitgebreid, waardoor de nieuwe regeling met 1 November in werking kon treden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1890 | | pagina 126