148 armen van in de verschillende gestichten of bij bijzondere per sonen verpleegd 223 personen, meest kinderen, die door de ouders verlaten waren, of wier ouders in het ziekenhuis verpleegd werden. In het Gemeenteziekenhuis zijn opgenomen 172!) onvermogende lijders; voegt men daarbij 159 lijders, die op ultimo December 1889 in verpleging waren gebleven, dan blijkt, dat verpleegd zijn 18S8 on vermogende personen, die te zamen 63590 dagen in behandeling waren, alzoo 247 verpleegden en 7386 verpleegdagen meer dan in 1889. Wat betreft de geneeskundige hulp aan verstrekt, die in hunne woningen worden verpleegd, verwijzen wij weder naar onze mededeelingen in Hoofdstuk Vla V. alsmede naar het verslag van het Burgerlijk Armbestuur. Instellingen door of vanwege de Gemeente beheerd of gesubsidieerd. Als bijlage 34 n°. 1 is hierachter opgenomen een tabel, betrekking hebbende op het getal armen, rechtstreeks door het Gemeentebestuur zonder tus- schenkomst van armbesturen ondersteund, welke tevens bevat de te dier zake gedane uitgaven en ontvangsten. Voor zooveel de instellingen van weldadigheid betreft, bedoeld bij de alinea’s a—d van art. 2 der wet van 28 Juni 1854 (Staatsblad n°. 100), ver wijzen wij mede naar de tabellen hierachter ge voegd als bijlage 34 n°. 2—12; n°. 2 en 3 besturen voor huiszittende armen n°. 4 en 12, genootschappen, welke aan schamele armen onderstand verleenen n°. 5. genootschappen tot het verleenen onderstand aan behoeftige kraamvrouwen;

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1890 | | pagina 154