24 ook behangers, meubelmakers, mandenmakers en instrument makers vindt men onder hen vertegenwoordigd. Evenals het vorig jaar bestaat het onderwijzend personeel bij dezen cursus uit 1 leeraar voor hand- en rechtlijnig teekenen; 1. ornament 1 bouwkundig 1 werktuigkundig III. De Industrieschool voor meisjes. Directrice: Mejuffrouw J. S. Beydals. Het in het begin van 1890 betrokken nieuwe schoolge bouw aan de Van Diemenstraat, bleek in het gebruik aan de gestelde verwachtingen te beantwoorden. De doelmatig heid er van wordt door directrice en onderwijzeressen ten zeerste geprezen. Door aankoop van een achter de school gelegen terrein kon nog eenige meerdere uitbreiding gegeven worden aan den tuin, zoodat deze gelegenheid aanbiedt voor de leer lingen, om zich tusschen de lesuren te verpoozen, hetgeen zeer gewenscht is, daar nog niet is kunnen worden voorzien in de behoefte aan gymnastiekonderwijs. Bij het onderwijzend personeel werd mejuffrouw Chris- tianse de Groot, leerares in het wollen naaien, vervangen door mevrouw Basch vox Campe. In December 1890 telde men in de 1ste klasse 23, in de 2de 16, in de 3de 33, totaal 72 leerlingen voor alle lessen, alsmede in laatstgenoemde klasse nog 10 leerlingen voor enkele lessen. Het bestuur der school wijst in zijn verslag opnieuw op de geringe kennis en ontwikkeling bij de adspiranten. Het schrijft den or.gunstigen uitslag van het toelatingsexamen, waarbij van de 57 meisjes die zich voor de 1ste en de 3 die zich voor de 2de klasse hadden aangemeld, slechts respectievelijk 22 en 2 slaagden, eensdeels toe aan minder voldoend lager onderwijs, anderdeels aan onbekendheid met de gestelde eischen. Bij het overgangsexamen werden bevorderd: van de 1ste tot de 2de klasse 16 van de 19 leerlingen, die er aan deel namen, en van de 2de tot de 3de klasse 12 van de 17. Tien leerlingen legden het eindexamen af en slaagden

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1890 | | pagina 477