24 VooRDUiN, wat betreft de Academie allen: twee harer erlangden plaatsing als boekhouderessen, twee werden als onderwijzeressen in de handwerken aan openbare lagere scholen aangesteld, twee zetten hare studiën aan de Teekenacademie verder voort, eene werd gezel schapsjuffrouw, eene helpster in het depot van .Arbeid Adelt”, eene winkeljuffrouw en eene kinderjuffrouw. Bij de akteexamens voor het lager onderwijs slaagden 2 leerlingen voor het teekenen. 12 van de 15 voor de fraaie en 11 van de 13 voor de nuttige handwerken. Voorzeker een resultaat, waarop directrice en leeraressen met voldoening mogen terugzien. Toezicht. De samenstelling der Commissie onderging geene wijziging. In de sub-commissiën wisselden de heeren van Diesen en van Bun van Alkemade elkanders plaatsen, zoodat thans be last zijn met het bezoeken der bijzondere inrichtingen van Middelbaar onderwijs de heeren Michaêlis en van Beeldende Kunsten de heeren Keith en van Diesen, wat betreft de Ambachtschool; en de heeren Carsten en van Rijn van Alkemade, wat be treft de industrieschool voor meisjes. Het schoolbezoek gaf tot geene bijzondere opmerkingen aanleiding; van hare overige werkzaamheden kweet de Com missie zich geregeld. Het op het einde van 1890 aan de Commissie gevraagd advies over de door de Commissie van bijstand in het gemeenteonderwijs ontworpen regeling der jaarwedden van de leeraren bij het Middelbaar onderwijs, doet ons de hoop koesteren, dat eindelijk die regeling zal tot stand komen overeenkomstig den door ons herhaaldelijk aanbevolen grondslagverhooging der bezoldigingen gelei delijk naar vasten maatstaf. De Wethouder Dr. Mouton woonde nagenoeg alle ver gaderingen bij. Ten slotte volgt hierachter de staat der Middelbare scholen over 1890. s-Gravenhage, den 20 Februari 1891. De Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs te ’s-Gravenhage, P. R. FEITH, Voorzitter. G. A. P. BAX, Secretaris.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1890 | | pagina 478