75
Onder de geloosde hoeveelheden zijn begrepen
1.421.000 M\ welke kunstmatig zijn opgebracht
ten behoeve en gedeeltelijk ten koste van Delf
land. toen wegens te hooge zeestanden natuurlijke
loozing ónmogelijk was.
De aanbesteding van het onderhoud van het
Kanaal en de verdere werken der waterverversching
gedurende het jaar 1890 had op 24 Februari plaats.
Het werk werd gegund aan den aannemer B. de Waei.d
te Nieuwenhoorn, voor een bedrag van f 7700.
In hoofdzaak bestonden de herstellingen of ver
nieuwingen in het aanbrengen van een gedeelte
kunstmatige verdediging van het kanaalbeloop en
de bermen, eenig zinkwerk langs het Zuidcrhoofd,
eene steenbestorting, enz.
Belangrijke stormschade werd in het afgeloopen
jaar niet ondervonden.
De werken hielden zich over het algemeen goed.
Bij Raadsbesluit van 30 September werden de
noodige gelden toegestaan tot het doen van nood
zakelijke herstellingen of verbeteringen aan de
waaierdeuren, waardoor deze vermoedelijk gemak
kelijker zullen bewegen.
Met het afdammen en drcogleggen van de noor
delijke sluisopening w» rd den 1 sten November aange
vangen. Nadat de deur zooveel noodig gelicht was,
om den bestaanden toestand op te nemen, werden,
zoodra het daartoe opgemaakt ontwerp door het
Hoogheemraadschap van Delfland was goedgekeurd,
metalen schoenen voor beide deuren bij de Maat
schappij „Ijzergieterij de Prins van Oranje” besteld
en werd de sluisopening daarna tijdelijk weder on
der water gezet.
De schutsluis in de Loosduinsche vaart werd
in Februari telefonisch aangesloten.