112 over de aan den Raad medegedeelde stukken in zake de regeling der jaarwedden van de leeraren en leerares- sen der middelbare scholen. De behandeling werd echter verdaagd tot den 20sten Januari d. a. v. toen een voor stel van de heeren Evers en Leesberg in beraadslaging werd gebracht, strekkende om in behandeling- en aan te nemen de door de Commissie van bijstand in het be heer van het Gemeenteonderwijs ontworpen regeling der jaarwedden van de leeraren en leeraressen der middelbare scholen en aan te houden de regeling der jaarwedden van de leeraren aan het Gymnasium tot dat van Curatoren voorstellen dienaangaande zullen zijn gevraagd en verkregen. In die Raadsvergadering werd daarop besloten de beslissing over het voorstel der heeren Evers en Leesberg aan te houden, totdat de voorstellen van Curatoren zouden zijn verkregen. Den 2den November d. a. v. werd opnieuw aan den Raad mededeeling gedaan van de daarna over deze aangelegenheid gevoerde, correspondentie. In de daarop volgende Raadsvergadering van 24 No vember, werd opnieuw door de heeren Evers en Lees berg een voorstel gedaan, strekkende I». tot vaststelling van de door de Commissie van bij stand in liet beheer van het Gemeenteonderwijs ontworpen regeling, voor zooveel betreft de middelbare scholen. 2o. om aan te nemen voor kennisgeving de ontwerp verordening tot regeling der jaarwedden van de leeraren aan het Gymnasium. In dezelfde vergadering werden beide, voorstellen aangenomen en vastgesteld de „Verordening tot regeling der jaarwedden van de leeraren en leeraressen aan de Hoogere burgerscholen voor jongens en voor meisjes der gemeente ’s-Gravenhage,” opgenomen onder no. 13 der verzameling van 1891. Deze verordening treedt in werking den Isten Januari 1892. Volgens deze Verordening kan de wedde van eiken leeraar (leerares) verhoogd worden telkens na 10, 15 en 30 jaren dienst, terwijl ook dienstjaren, aan andere inrichtingen van middelbaar onderwijs volbracht, tot verhooging der jaarwedde in aanmerking worden ge bracht; een en ander op voorstel van de Plaatselijke Commissie voor het Middelbaar Onderwijs, den Directeur

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1891 | | pagina 118