116
den 16den October kon aanvaarden, werd bij Raadsbe
sluit van 1 September 1891 de tijdelijke waarneming
van hare lessen opgedragen aan Mej. H. M. Schaepman,
wat betreft de lessen in Natuurlijke Historie en aan
de dames B. M. P. van Aalst, S. J. H. Kaempff en M.
J, G. van de Watering, wat betreft de lessen in Rekenen.
bedoelde betrekking.
Aangezien Mej. Will bare benoeming alhier eerst
Als Directrice werd zij vervangen door Mej. A. S. C.
ten Hoet, leerares in de Geschiedenis aan deze school,
die bij Raadsbesluit van 4 Juni 1891 tot deze betrek
king werd benoemd, nadat in de Raadsvergadering van
14 April tevoren de jaarwedde van de te benoemen
Directrice was vastgesteld op f 3000, zonder eenige
vergoeding voor gemis van vrije woning.
De lessen in Engelsche taal en letterkunde, vroeger
door Mej. van Pescii gegeven, werden bij Raadsbesluit
van 18 Augustus opgedragen aan Mej. J. E. Treub,
leerares in Engelsche taal en rekenen, die bij datzelfde be
sluit ontheven werd van hare lessen in laatstgenoemd vak.
Bij Raadsbesluit van 4 Juni 1891 werd aan Mej. IT.
Schaepman, om redenen van gezondheid, eervol ontslag
verleend als leerares in Natuurlijke Historie aan deze
school. Bij Raadsbesluit van 15 September 1891 werd
haar een jaarlijksch pensioen toegekend van f 140.
Ten einde te voorzien in deze vacature werd, op voorstel
der Plaatselijke Commissie voor het Middelbaar Onderwijs,
eene oproeping gedaan van sollicitanten naar de betrek
king van leerares in Natuurlijke Historie, aan wie tevens
het onderwijs in Rekenen in de laagste klasse zou
worden opgedragen. Voor deze betrekking werd eene
jaarwedde van ƒ1500 uitgeloofd. Er meldden zich echter
geen candidaten aan. Wel verklaarde Mej A. M. Will
te Leeuwarden zich bereid de vaceerende betrekking
te aanvaarden op eene jaarwedde van 1700.
Na advies van de betrokken autoriteiten stelden wij
daarom den Raad voor om met 1 September 1891 de
jaarwedde van de te benoemen leerares in Natuurlijke
Historie en rekenen vast te stellen op f 1700. Den 18den
Augustus vereenigde de Raad zich met ons voorstelen
benoemde daarop Mej. A. M. Will, leerares aan de
Middelbare school voor meisjes te Leeuwarden, tot de