131 1 3 2 61 122 I J 117 32 5 17 1 1 op 1 Januari 1891 uit in den loop desjaars werden opgenomen zijn op verzoek ontslagen zijn overleden wegens wangedrag ontslagen willekeurig heeft zich verwijderd zijn naar het Krankzinnigengesticht overgebracht zoodat op 31 December 1891 nog ver pleegd waren waarvan 53 16 1 5 Omtrent het Bestedelingenhuis vermeldt het Burgerlijk Armbestuur, dat de bevolking bestond: 64 16 4 12 1 1 61 één tijdelijk in het Gemeenteziekenhuis wordt verpleegd; alzoo 8 verpleegden meer dan op hetzelfde tijdstip des vorigen jaars. De vérpleegdagen te zamen bedroegen 42352. Daaren boven zijn door het Burgerlijk Armbestuur in de ver schillende gestichten of bij bijzondere personen verpleegd 266 personen, meest kinderen, die door de ouders ver laten waren, of wier ouders in het ziekenhuis verpleegd werden. In het Gemeenteziekenhuis zijn opgenomen 1654 on vermogende lijders; voegt men daarbij 191 lijders, die op ultimo December 1890 in verpleging waren gebleven, dan blijkt, dat verpleegd zijn 1845 onvermogende per sonen, die te zamen 63371 dagen in behandeling waren, alzoo 43 verpleegden en 219 verpleegdagen minder dan in 1890. Wat betreft de geneeskundige hulp aan armen ver strekt, die in hunne woningen worden verpleegd, ver wijzen wij weder naar onze mededeelingen in Hoofdstuk Vla V, alsmede naar het verslag van het Burgerlijk Armbestuur. Instellingen door of vanwege de Gemeente beheerd of gesubsidieerd. Als bijlage 31 n°. 1 is hierachter opgenomen een tabel, betrekking hebbende op het getal armen, recht streeks door het Gemeentebestuur zonder tusschenkomst van armbesturen ondersteund, welke tevens bevat de te dier zake gedane uitgaven en ontvangsten. Vrouw. Totaal. Mann.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1891 | | pagina 137