21
het daarom
aan het hoofd
van haar mogen vermelden, die
van hare oprichting af tot voor zeer
korten tijd heeft in handen gehad.
Mejuffrouw M. G. van Pesch heeft in het afgeloopen jaar
tegen 1 September 1891 ontslag verzocht als directrice. De
Gemeenteraad heeft haar dit, overeenkomstig ons voorstel,
op de meest eervolle wijze verleend.
Met leedwezen zagen wij haar uit haren nuttigen werk
kring heengaan. Aan baar toch vooral, aan hare toewijding,
aan haai' tact is het te danken dat de school is geworden
wat zij thans iseene druk bezochte, bloeiende, aan haar
doel beantwoordende instelling.
Als hare opvolgster benoemde de Gemeenteraad Mejuffrouw
A. S. C. ten Hoet, leerares in de geschiedenis aan de school,
en zulks, met wegvalling der aan de vroegere directrice
verleende vergoeding voor gemis van vrije woning, op eene
jaarwedde van f 3000.
Om gezondheidsredenen zag ook Mejuffrouw Schaepman,
leerares in de natuurlijke historie, zich genoodzaakt met
1 September 1891 hare betrekking neer te leggen. Dubbel
te waardeeren is het daarom in haar, dat zij, toen de ge
regelde gang van het onderwijs zulks vorderde, nog bereid
werd bevonden om bij de opening van den nieuwen cursus
tot 15 October 1891 als tijdelijk leerares in te vallen.
Het heengaan der dames van Pesch en Schaepman had eene
verschikking in de onderwijsvakken ten gevolge. Mejuffrouw
J. E. Tkeub toch werd op haar verzoek ontheven van het
haar tijdelijk opgedragen rekenonderwijs in de laagste klasse
en uitsluitend belast met het onderwijs in de Engelsche
taal en letterkunde aan de geheele school, terwijl Mejuffrouw
A. M. Will, tot dusverre leerares aan de Hoogere Burger
school voor meisjes te Leeuwarden, als nieuwe leerares aan
de school verbonden werd om onderwijs te geven in natuur
lijke historie en rekenen.
Deze nieuwe regeling heeft alzoo ten gevolge, dat het
onderwijzend personeel met eene leerares is verminderd.
III. De Hoogere Burgerschool voor meisjes
met sjarigen cursus.
Directrice: Mejuffrouw A. S. C. ten Hoet.
Het is de eerste maal sedert het bestaan dezer school dat
wij, haar jaarverslag ter neder stellende, niet
van dat verslag den naani
de leiding dezer school
r?