36 ui. twee Raden, een voor Nijverheid en een voor Handel, omdat alleen dan de belangen van -eerstgenoemde bron van bestaan tot haar recht zouden komen, hetgeen in den gemengden Raad nooit zal geschieden. Afwijzend werd beschikt op het verzoek der Heeren F. W. F. G. L. Spaan c. s. alhier om niet te berusten in het besluit van den Raad dezer Gemeente, in zake den aan leg van het Laakkanaal. Den adressanten werd hierbij te kennen gegeven, dat de Kamer bij de behandeling eventueel van een wetsontwerp tot onteigening der benoodigde ter reinen in de Staten-Generaal, zich voorstelde te doen wat het belang der Residentie vordert. aan Burgemeester en Wethouders dezer Gemeente op de vraag of er alhier behoefte bestaat aan de aanstelling van makelaars in roerende en onroerende goederen. De Kamer gaf, onder verwijzing naar een vroeger schrijven ter zelfder zake, als hare meening te kennen, dat dergelijke tusschen- personen den handel belemmeren en dat er, voor zoover er voor sommige takken van handel behoefte aan makelaars mocht bestaan, daarin door commissionairs en anderen, vol doende, zij het dan ook in gewijzigden vorm, wordt voorzien. De uitnoodiging der Nederlandsche Kamer van Koophandel te Londen om deel te nemen aan eene bespreking der be langen van den zuivelhandel tusschen Engeland en Nederland, werd niet aangenomen, op grond dat de zuivelbereiding in het district der Kamer van te geringe beteekenis is. Hierbij zij vermeld dat de Kamer, onder betuiging van ingenomenheid met de oprichting van genoemd College te Londen, als lid daarvan toetrad. Aan het slot van dit overzicht zij nog herinnerd aan de beweging door de Kamer op touw gezet ten gunste eener heffing van invoerrecht op bewerkte grondstoffen, naar een stelsel van billijke reciprociteit. De Kamer mocht van vele zusterkamers en van Industriëele en Landbouw-Vereenigin- gen bewijzen van instemming ontvangen. In de vergadering van 14 April 1891 werd besloten deze zaak te stellen in handen eener Commissie uit de leden, met opdracht om in zake tariefsherziening met de adherenten overleg te plegen. “1

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1891 | | pagina 582