66 4 4 32 81 851 13 92 89 895 788 110 in de 1ste afdeeling, 1ste klasse 2de 3de 4de 5de in de 2de afdeeling, Op 1 Januari 1891 waren aanwezig op 31 December 1891. in 1891 opgenomen waarvan ontslagen en overleden Getal verpleegdagen te zamen. b. Ziekenhuis van den II. Joannes de Deo en Israëlietisch ziekenhuis. c. Geneeskundig gesticht voor krankzinnigen. d. Gesticht voor minderjarige idioten. Omtrent de onder b, c. en d genoemde inrichtingen bepalen wij ons tot de ons verstrekte opgaven. waren M. 13 17 34 45 994 l 2 119 81 984 l 891 131 08995. van het Burgerlijk Armbestuur of der Politie, welke niet verrekend worden. De Geneesheer-Directeur vestigt in het bijzonder de aandacht op het gebrek aan ruimte voor de verpleging van zieken en spreekt den wensch uit, dat daarin spoedig moge worden voorzien. Aan het einde van den zomer werd een der hulp- zalen ingericht tot conversatiezaaldoor de verpleegden werd deze maatregel met ingenomenheid begroet. De kelder, ingericht tot berging van kleeren, bleek, tengevolge van de vochtigheid, voor dat doel niet geschikt. Door eene van vele zijden ondervonden mildheid daartoe in staat gesteld, werd een magazijn ingericht van nieuwe en gebruikte kleeren, om daarmede armen, die anders onvoldoende gekleed het Ziekenhuis zouden moeten ver laten, in behoorlijken staat te laten vertrekken. De barakken aan de voorzijde van het gebouw waren allen bijna voortdurend in gebruik voor de verpleging van lijders aan besmettelijke ziekten. Uit de mededeelingen van den Geneesheer-Directeur. de verpleging betreffende, stippen wij aan, dat: Van de 2090 in 1891 verpleegden V. Totaal. 17 21 66 126 1845 15. 211 170 1879 1679 241

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1891 | | pagina 72