107
et) 7 katten, tegen 506 honden in 1801. waarvan door
de Utrechtsche politie 205 en door particulieren bene
vens door de Haagsche politie 211 honden en 7 katten,
tegen respectievelijk 297 en 209 in 1891. De katten en
68 honden, door de politie ingebracht, werden onmiddellijk
wegens gebreken of huidziekten afgemaakt. De inge
brachte dieren, zoowel uit den Haag als uit Utrecht,
bevonden zich veelal in zeer ellendigen toestand.
Van ile ingebrachte dieren werden 354 door middel
van chloroform afgemaakt, terwijl aan particulieren
tegen eene geldelijke vergoeding of kosteloos 59 honden
werden afgestaan. In 1891 waren deze getallen respec
tievelijk 430 en 70.
Gechloroformeerd werden op verzoek van particulieren
tegen geheele of gedeeltelijke vergoeding 100 honden en
kosteloos voor minvermogenden 105 honden en 6 katten.
Er werden 76 honden voor particulieren tegen ver
goeding gedurende korter of langer tijd verpleegd, tegen
82 in 1891.
Op 31 December waren aanwezig 25 honden.
De in het vorige jaar aangevangen verbouwing ver
kreeg haar beslag, zoodat in plaats van het bouwvallige
huis dat zich vroeger vóór het asyl bevond, thans een
fraai en ruim plein is verkregen, waaraan later eene
bestemming is te geven.
Bij den aanvang van het reisséizoen werden eigenaars
van honden bij advertentie in de dagbladen herinnerd
aan de gelegenheid tot verpleging die het asyl aanbiedt,
welke maatregel niet zonder goed gevolg bleef.
In het bestuur kwamen geene mutatiën voor. Op de
laatste algemeene vergadering werden de aftredende
leden herkozen, terwijl de heer J. A. Jurriaanse tot
vice-president werd benoemd.
Het ledental nam niet toe. maar verminderde door
overlijden of bedanken. Het linanciëele verlies, hierdoor
geleden, werd vergoed dooi' giften, die aan de inrich
ting door enkele belangstellenden geschonken werden.
Door wijlen Mevrouw de Weduwe Klatte geb. Rah-
lenbeek werd aan de vereeniging een legaat groot f 600
vermaakt.