6 Op eene door het Bestuur der Dr. Meijersstichting aan den Secretaris der Gemeente gedane mededeeling, be treffende het verkenen van onderstand aan een verpleegde, adviseerde de commissie tot onderzoek der bezwaarschrif ten den Gemeenteraad ten deze geene beschikking te nemen, daar de mededeeling niet, gelijk de wet voor schrijft. »aan den Gemeenteraad” maar »aan den Se cretaris der Gemeente” was gericht. De Gemeenteraad vereenigde zich met deze adviezen respectievelijk in zijne vergaderingen van 29 Maart en van 5 April 1892. Bezwaarschriften tegen de kiezerslijsten. Bezwaarschriften werden ingediend door de heeren Mr. A. M. Maas Geesteranus en II. Swart, aangezien hunne namen ten onrechte niet voorkwamen op de lijsten van kiesbevoegden voor leden van de 2de Kamer der Staten-Generaal en van de Provinciale Staten van Zuid-Holland. De commissie tot onderzoek der bezwaarschriften ad viseerde den Gemeenteraad: 1°. het verzoek van den heer Mr. A. M. Maas Gees- teranus in te willigen, aangezien uit een bij het be zwaarschrift overgelegd aanslagbiljet was gebleken, dat reclamant over 1891 in de gemeente Loosduinen in de grondbelasting was aangeslagen geweest tot een bedrag van f 151.48 hoofdsom en opcenten en dien aan slag ten volle had betaald en hij verder de vereischten bezat, voorgeschreven bij de wet. regelende het kiesrecht 2°. het verzoek van den heer II. Swart buiten be schikking te laten, aangezien diens naam reeds op de kiezerslijst voorkwam. De Gemeenteraad vereenigde zich met dit advies in zijne vergadering van 5 April 1892.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1892 | | pagina 12