149
In het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen werden
weder verschillende tooneelvoorstellingen. concerten, enz.
gegeven.
Het verslag van de Commissie van beheer over de
verzameling van geschied- en oudheidkundige voorwerpen
hierachter opgenomen onder bijlage 35 bevat een
uitvoerig overzicht van de voorwerpen, waarmede de
verzameling in 1892, zoowel door schenking als door
aankoop, vermeerderd werd.
Het Museum werd in 1892 bezocht door 12744 per
sonen.
De Commissie onderging verandering door het over
lijden van den heer .Ihr. C. A. van Sypesteijn endoor
de benoeming tot lid van den Gemeenteraad van den
heer Mr. W. J. Snoi’ck Hurgronje, lid van de com
missie. gekozen uit de burgerij.
Ter vervanging van dezen laatsten werd benoemd
de heer Mr. C. .1 E. Graaf van bylandt. terwijl de
plaats van wijlen Jhr. van Sypesteijn werd ingenomen
door Mr. W. J. Snouck Hurgronje.
Het Schilderkundig genootschap vPulchri Studio” telde
113 gewone leden, 53 buitenleden, 79 buitengewone
en 227 kunstlievende leden.
Verschillende tentoonstellingen werden ook dit jaar
in de daarvoor bestemde zaal gehouden, o. a. van kunst
werken van werkende leden, van schilderijen, studies
en schetsen uit de nalatenschap van Bosboom, van oude
gravures en etsen, toebehoorende aan den heer van
StockuM, van het portret van H. M. de Koningin door
C. Bisschop, van schilderijen, tentoongesteld (met ge
legenheid tot verknoping) door den heer BiESing, van
aquarellen van den heer W. C. M. van de Velde, van
werken van Millet, van eene portefeuille met teeke-
ningen, toebehoorende aan II. M. de Koningin Regentes.
Óp 6, 7, en 13 April werden tabteaux-vivants vertoond,
voorstellende tafereelen uit de oud-testamentische ge
schiedenis.
De heeren Henkes en Apol werden door den Ge
meenteraad benoemd als leden der Commissie voor de
in 1893 te houden driejaarlijksche Tentoonstelling.