151
2
2
70
132
122
36
4
15
5
61
19
1
4
op 1 Januari 1892 uit
in den loop desjaars werden opgenomen
zijn op verzoek ontslagen
zijn overleden
willekeurig hebben zich verwijderd
zijn naar het Krankzinnigengesticht
overgebracht
zoodat op 31 December 1892 nog ver
pleegd waren
waarvan
bedraagt en alzoo ongeveer gelijk staat met den omslag
op hetzelfde tijdstip des vorigen jaars.
Bij het einde van het winterseizoen werd de lijst der
bedeelden teruggebracht op 600 gezinnen, uitmakende
4520 personen, bedeeld met f 464.75 en 609 brooden
’s weeks.
62
vijf tijdelijk in het Gemeenteziekenhuis worden
verpleegd: alzoo 10 verpleegden meer dan op hetzelfde
tijdstip des vorigen jaars.
De verplecgdagen te zamen bedroegen 43938. Daaren
boven zijn door het Burgerlijk Armbestuur in de ver
schillende gestichten of bij bij zondere personen verpleegd
263 personen, meest kinderen, die door de ouders ver
laten waren, of wier ouders in het ziekenhuis verpleegd
werden.
In het Gemeenteziekenhuis zijn opgenomen 1659 on
vermogende lijders; voegt men daarbij 161 lijders, die
op ultimo December 1891 in verpleging waren gebleven,
dan blijkt, dat verpleegd zijn 1820 onvermogende per
sonen, die te zamen 59670 dagen in behandeling waren,
alzoo 25 verpleegden en 3701 verpleegdagen minder dan
in 1891.
Wat betreft de geneeskundige hulp aan armen ver
strekt, die in hunne woningen worden verpleegd, ver-
Omtrent het Bestedeliitgenhuis vermeldt het Burgerlijk
Armbestuur dat de Directeur de lieer II. Meijer op
21 September 1892 is overleden. In die vacature werd
dooi- ons voorzien door de benoeming van den heer
Henri Moot.
De bevolking in liet Bestedelingenhuis bestond:
61
17
3
10
I
Mann. Vrouw. Totaal.