160
f. Schepen.
Onder letter c van dit Hoofdsruk treft men daarom
trent eenige bijzonderheden aan.
g. Reederijen, compaclen, schippersgilden en
zeemanscollegiën.
Hieromtrent zijn ons geene bijzonderheden bekend.
127 vaartuigen van tien en meer tonneninhoud. De beurt
schepen. pak- en marktschuiten, van en op ’s-Gravenhagé
varende, meten te zamen 2007 ton, en de stoombooten,
varende vice versa tusschen deze en andere Gemeenten,
hebben te zamen een’ inhoud van 916 ton.
Van de 127 vaartuigen, hierboven genoemd, behooren
er 22 te Seheveningen te buis. Van de overigen zijn 16
bewoonde vaartuigen, waarvan een uitsluitend tot wo
ning wordt gebezigd. De anderen dienen tevens tot ber
ging en verkoop van goederen, als matten, brandstollen,
aardappelen, fruit en kool.
Uit de opgaven van den Havenmeester blijkt, dat in
1892 de Gemeente zijn binnengekomen 56,649 vaar
tuigen. metende 864.352 ton. waarvan aan havengeld
is ontvangen ƒ25.930.56. Voor havengeld van houtvlotten
(177 koppels) en losse balken (144 meters) werd ontvan
gen f27.27. Voorts werd eene som van f503.3! ont
vangen van 501 vaartuigen, nietende 16777 ton, aan
niet ingezetenen toebehoorende, terwijl 1’742.50 werd
ontvangen van bewoonde en onbewoonde vaartuigen
van ingezetenen der Gemeente.
d. In- en uil klaringen.
e. Werven en Scheepsbouw.
In deze Gemeente bestaan 8 scheepstimmerwerven,
waarvan 4 uitsluitend voor de buitenlandsche vaarten
4 voor de binnenlandsche vaart en herstellingen, welke
tot half September overvloed van werk hadden; zulks
was ook het geval met de daarmede in verband staande
bedrijven.