20
Letter B.
28 Juni 1892
No.
waarscholen de eer
1892 aan te bieden
II. Onderwijzend personeel.
Op 1 December 1892 waren aan de Gemeentelijke be
waarscholen werkzaam: 7 Hoofden. 41 onderwijzeressen
en 30 kweekelingen (zie bijlage 1), dus 7 onderwijzeressen
meer en 7 kweekelingen minder dan op 1 December 1891.
Op al de scholen, behalve die aan de Voldersgracht, waren
onder het hoofd werkzaam 6 onderwijzeressen, en 4 of 5
kweekelingen, waarvan 2 zelfstandig voor de klasse moesten
I. Algemeene opmerkingen.
Met 1 Jan. 1892 hield de heer D. Kanon op lid van de
Commissie te zijn. In zijne plaats werd benoemd de heer
.1Sthavh, Hoofd der tusschenschool aan de Achter-Raamstraat.
Evenals de vorige jaren werden de Gemeentebewaarscholen
door Uwe commissie geregeld bezocht. Ook hield zij zich
aan de gewoonte om aan ééne of twee der onderwijzeressen
eene bepaalde taak op te dragen, liefst in overeenstemming
met de orde door den rooster van werkzaamheden aange
geven. 't Was bet streven van de Commissie om door hare
opgave aan de jongere onderwijzeressen eenige wenken te
geven voor de richting waarin de leiding op de bewaar
school zich moet bewegen. Op- en aanmerkingen werden
gewoonlijk medegedeeld aan het hoofd der school en meer al
ook aan de betrokken onderwijzeres. De Commissie bleef
aanteekening houden van ’t geen ze opmerkte. Om tegen
eenzijdigheid van opvatting te kunnen waken, bezocht zij
een paar bewaarscholen in andere Gemeenten. Het is haar
aangenaam, te mogen constateeren, dat die vergelijking voor
de meeste der scholen in deze Gemeente gunstig getuigenis
gaf, wat opvatting der taak, ijver en plichtsbetrachting betreft.
Ingevolge art. 4 al. 2 der verordening van
6 heeft de Commissie van toezicht op de Gem. Be-
U het volgende verslag over het jaar
VERSLAG omtrent den toestand der Gemeentelijke
bewaarscholen, uitgebracht door de Commissie
ran toezicht op die scholen.
i
I