34
C. Ofman,
van H. T. Krummeich.
J. de Veer.
en Co.;
van de Holl. Spoorwegmaatschappij;
van S. Lankhout.
4. Scheepvaart.
a. Binnenlands.
Aan het einde van 1892 waren er in deze Gemeente 127
vaartuigen van 10 of meer tonnen inhoud, tegen 100 in
1891. De beurtschepen pak- en marktschuiten van en op
’s-Gravenhage varende meten te zamen 2007 ton en de
stoombooten tusschen deze Gemeente en andere plaatsen en
vice versa hebben een’ gezamenlijken inhoud van 916 ton
zie verder hieromtrent 7). Van de 127 vaartuigen boven
vermeld behooren er 22 te Scheveningen tehuisvan de
overigen zijn 16 bewoonde vaartuigen, waarvan er een uit
sluitend tot woning wordt gebezigd. De anderen dienen tevens
tot berging en verkoop van goederen als matten, brand
stoffen, aardappelen, fruit en kool.
b. Buitenlands.
Omtrent de hier ter stede gevestigde reederijen zijn der
Kamer geene bijzonderheden bekend geworden.
5. Nijverheid.
Dit verslag gaat vergezeld van de jaarlijksche tabellarische
opgaaf der op 31 December 1892 in deze Gemeente aan
wezige fabrieken, die met stoom werken, het aantal stoom
werktuigen, stoomketels en nominale paardekracht.
In den loop van 1892 werden stoomwerktuigen opgericht
of werd uitbreiding aan stoomvermogen gegeven
in het Hotel des Indes voor verwarming
in de Distilleerderij der Firma van Kleef en Zn.;
in de Pletterij, voorheen Firma L. J. Enthoven
in de werkplaats
in de Steendrukkerij
Verminderd werd het stoomvermogen:
in de Z.Holl. Boek- en Handelsdrukkerij
in de Bierbrouwerij van A. van Rijn en Zoon.
De mosterdfabriek van K. Slot ging over aan G. Heuff.
Van de lijst vielen in 1892 af:
de Electrometallurgie fabriek van Wisse, Piccaluga en Co.,
de Metaalslijperij van
de Mineraalwaterfabriek
en de Bleekerij van