34 c. deze cijfers respectievelijk B. f 30.724.091.95 van was op uit0. December 1891 verzekerd: overlijden19.917.716.17 levenslange geheele of ge deeltelijke onbekwaamheid tot werken: 22.397.933.95 tijdelijke onbekwaamheid tot werken aan dagelijksche uitkeeringf 18.920.18°. Op uit0. December 1892 bedroegen deze cijfers respectie velijk A. f 27.697.837.93 C. 25.614.865 Daar het jaarverslag over 1892 nog niet was vastge steld, konden enkele cijfers niet definitief worden opgegeven. Omtrent de Onderlinge Levensverzekering van Eigen Hulp bleken der Kamer de volgende bijzonderheden: 1 1.062.514 tegen f 794.762.96 in het voorgaand jaar, en in Afdeeling II f 54.000, terwijl op dienzelfden datum in hypotheken, effecten enz. was belegd eene som van f 1.528.000. tegen 1.130.450 op uit0. December 1891. Een groot deel der winst van Afdeeling I komt den verzekerden ten goede. De verzekerde kapitalen in Afdeeling I bedroegen op uit0. December 1891 7.900.842.37, terwijl toen aan rente was verzekerd f 122.298.45 Op het einde van 1892 waren 8.753.498.37 en f 139.000.37. Het bedrag der jaarpremie in Afdeeling I klom in 1892 met f 41.857.82, terwijl aan premie in eens bovendien in dat jaar werd gestort f 104.904.40. In afdeeling II A. In geval B. n

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1892 | | pagina 594