3o timmermansgilde, waartoe ook behoorden de schrijnwerkers, de ebbenhoutwerkers en de kuipers, is voorzeker eene belang rijke aanwinst voor de verzameling. Hun patroon was de heilige Joseph. In De Riemers tijd werd aan dat gilde nog herinnerd in de Groote kerk, waar boven het gestoelte der Raadsheeren aan de noordzijde het gildebord hing. Ook in het oud-archief der Gemeente vindt men onder de gildeboeken verschillende documenten en registers, betrekking hebbende op het H. Josephs-gilde, alsmede in het Gemeentemuseum de groote gildekist, waarin de schatten van het gilde be waard werden. Een der reeds genoemde registers geeft de geschiedenis der plaat. We lezen daar: Den 15 Jannewaerij 1668 hebben wij Deecken ende Hootfmans van Sint-Josefs- gijlde hyer in den Haege van het gylde lacthen maecken een sylvere plaet doar alle proeven op gedreven staen om bij den gyldeknecht gedraegen te werden op alle omgangen als de Jaer-penningen in (op) gehaelt werden, en oock alsser een gylde-broeder sal begraeven werden, en de broeders sullen ter begraevengs gebeden werden, en oock op de ver- kyesinge van het gylde en verder op alle voorvallende oc- casyen en gelegenheydt. Ook is dese plaet gemaeckt om altijt bij, en ten dyenste van het gylde te blijven deze plaet is gemaeckt van het geldt dat afgelost is van het huys in ’t Westeinde genaemt de groene scaer met de somme van 24 gulden cappytael ende 2 gulden en 7 stuijvers aan rentten, maar de plaet heeft gecost met sylver en het faesoen ende het snoer (de ketting, sedert verdwenen) 32 gulden, 7 stuij vers, en 8 penningen. Onderteekenaars waren Jan Jansen Voester, als Deken, Gijsbert van den Burch, Phylip van Leeuwen en Jacobus Wiltens, hoofdmannen. De beide eersten waren timmerlieden, de derde schrijnwerker, de laatste ebbenhoutwerker. Een hoofdman ontbreekt. Dirk Jansz van Reenen, die kuiper was. Enkele der namen vindt men terug op de genoemde gildekist. In verband met de mededeeling, waaruit de kosten be streden werden, is op de achterzijde gegraveerd: „Deese plaet van Silver daer „is gemaeckt ter eeren „Van Sint Josefs eerbaer, „Met het geldt van de groene Schcter." De voorzijde heeft bovenaan den sierlijk gedreven kop van St. Joseph; in ’t midden het Haagsche wapen en daar- 4

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1892 | | pagina 611