20
’s Lan ds
1892.
„De afdeeling E (Bouwkunde) bestond in de le klasse
de 2e klasse uit 45, in de 3e uit 46, in de
de 6e uit 6, in de 7e uit 21 en in de
Aan den cursus in het werk-
48
22
158
„uit 42. in
„5e uit 19, in
„8e en 9e uit 8 leerlingen.
tuigkundig teekenen werd door 19 leerlingen deelgenomen.”
Een smartelijk verlies leed de Academie door den dood
van haren oud-directeur den heer J. Ph. Koelman, die hoewel
hij sedert 1888 niet meer als hoofd van onderwijs in functie
was, ook na dien aan haar verbonden bleef. De groote
diensten door den overledene in elk opzicht aan de inrichting
bewezen, zullen niet licht vergeten worden.
De leeraren B. J. Claus en A. F. G. Becker werden elders
tot andere betrekkingen benoemdde heer Lichtenbelt kon
de waarneming van het leeraarsambt niet langer vereenigen
met zijne bezigheden elders. Als nieuwe leerkrachten werden
daarentegen aan de inrichting verbonden de heer A. J. Cas
pers en mejuffrouw A. Bridge.
II. De Ambachtsschool.
Directeur de heer H. L. Boersma.
De Ambachtsschool werd in December 1893 bezocht door
189 leerlingen tegen 158 in 1892.
Volgens de indeeling bij het theoretisch onderwijs zijn de
leerlingen aldus verdeeld
le klasse 115 tegen 88 in
2e 53
3e 21
Totaal 189
De eerste klasse, die in de laatste jaren reeds geregeld
uit drie parallel-afdeelingen had bestaan, moest na de toe
lating van nieuwe leerlingen in April jl. in vier afdeelingen
worden gesplitst.
Bij den aanvang van den wintercursus in October kon
den, dank zij de nieuwe uitbreidingsmaatregelen, alle nieuwe
leerlingen naar eisch worden geplaatst. Het bestuur gaat
sinds dien tijd ijverig voort om het onderwijs uit te breiden,
getuige de toevoeging aan het practisch onderwijs der koper-,
zink- en loodbewerking, toepasselijk op gas- en waterfitting,
electrische geleiding enz. en de voorgenomen uitbreiding met
steenhouwen, waartoe het den geldelijken steun van
Regeering heeft verkregen.
