20
van Toezicht voor liet
Middelbaar Onderwijs te ’s-Gravenhage.
P. R. Feite, Voorzitter.
G. A. P. Bax, Secretaris.
’s-Gravenhage, 14 Februari 1894.
Van de werkzaamheden, ingevolge Verordening op de
Commissie rustende, kweet zij zich geregeld. Het schoolbe
zoek gaf tot geene bijzondere opmerkingen aanleiding.
Met het bezoeken der bijzondere inrichtingen voor mid
delbaar onderwijs zijn thans belast:
de heeren Micraölis en Netschek, wat betreft de Academie
van Beeldende Kunsten
de heeren Mr. Feite en de Vries, wat betreft de Am
bachtsschool
en de heeren van Diesen en Voorduin, wat betreft de In
dustrieschool voor meisjes.
De heer Mr. M. W. baron nu Tour van Bellinchave, die
in het begin van 1893 lid onzer Commissie was geworden,
gevoelde zich genoopt reeds in September 11., ten gevolge
zijner benoeming tot Wethouder, ontslag te nemen, terwijl
wegens hoogen leeftijd gelijk besluit genomen werd door
den heer J. van Rijn van Alkemade, in wiens gewaardeerde
medewerking de Commissie zich bijna zeventien jaren mocht
verheugen.
De Gemeenteraad vulde de Commissie aan met de heeren
A. J. Voorduin, ons vroeger medelid, on Mr. J. B. van
Berckel, lid van den Gemeenteraad, zoodat de Commissie
thans is samengesteld uit de heeren:
Mr. P. R. Feite, voorzitter, Mr. G. A. P. Bax secretaris,
Dr. Tb. C. L. Wijnmalen, N. Te. Michablis, Mr. Ph. W.
van Heusde, H. M. de Vries, G. van Diesen, E. B. Kielstra,
P. M. Netsceer, Mr. Th. L. M. H. Borret, A. J. Voorduin,
Mr. J. B. van Berckel.
Hierachter laten wij volgen den staat der middelbare
scholen op het einde van 1893.
De Commissie
