23 Het gezamenlijk aantal leerlingen bedroeg in den afge- loopen wintercursus 524. Van dit aantal bezochten 272 betalende leerlingen, 30 voor leden en 34 onvermogenden gratis den winteravondcursus. Voor den dagcursus voor mannelijke en vrouwelijke leer lingen, die zich hetzij in het teekenen naar pleister en het schilderen naar model oefenen, hetzij zich voorbereiden voor het verkrijgen der acte in het teekenen bij het M. O., hetzij als toekomstige kunstnijveren aan den daarvoor bestemden cursus deel nemen, waren gezamenlijk 103 vrouwelijke en 50 mannelijke leerlingen ingeschreven. Op nieuw overtreft in dezen cursus het aantal jonge vrouwelijke dilettanten, die voor het meerendeel het schil deren als aangenaam tijdverdrijf beschouwen, verreweg dat der mannelijke leerlingen, die de schildersloopbaan gekozen hebbende, zich met ijver aan al de daaraan verbonden voor bereidende studiën wijden. In den daareven vermelden weg wijzer betreffende het Academie-onderwijs wordt duidelijk het toelatings-examen voor iedere klasse omschreven, zoodat geen leerling, onvoldoende voorbereid, tot eenigen schilder cursus wordt toegelaten. Voor den schildercursus waren ditmaal 60 vrouwelijke en 22 mannelijke leerlingen ingeschreven. Aan den cursus voor M. O. namen des winters 40 vrouwelijke en 13 mannelijke leerlingen deelde zomercursus M. O. bestond uit 40 vrou welijke en 18 mannelijke leerlingen. Van de 13 leerlingen, die zich dezen zomer aan het examen M1 onderwierpen, slaagden er 11. De dagcursus in kunst- nij verheids vakken bestond des winters uit 15 en des zomers uit 4 leerlingen. Aan den dagcursus in het boetseeren namen des winters 3 vrouwelijke leerlingen en des zomers ééne leerlinge deel. De cursus voor vrouwelijke leerlingen bestond des winters uit 33 en des zomers uit 20 leerlingen. De zomerochtendcursus, die nog steeds kwijnt, kon slechts 42 leerlingen trekken. De afdeeling A, le en 2e klasse (elementair onderwijs) bestond uit 149 eerstbeginnenden, die zich naar draad- en meetkunstige figuren en eenvoudige pleister ornamenten oefenden. In de 3e, 4e, 5e en 6e klasse werd respectievelijk door 8, 11 en 5 leerlingen naar pleisterfragment geteekend. Naar het groot antiek pleisterbeeld en naar borstbeelden oefenden zich 23 mannelijke en vrouwelijke leerlingen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1893 | | pagina 472