f
f
Bijlage tl O
No. 3
19088
Aantal uitbetalingen
10809
idem
Tegoed dee inleggers
91.013.09
4.365.184.46
1.217.269.12
3.456.859.24
Neen
2.876.742.18
1.397.429.19
3.147.915.34
308.943.90
504
6085
9171
3106
222
aan het begin van het boekjaar
Bedrag der inlagen gedurende het boekjaar
(Hieronder niet op te nemen de rente die bij het
te goed is gevoegd).
Rente aan de inleggers toegekend a 3 pCt. (onver
schillig of die rente is uitbetaald, dan wel bij het
te goed is gevoegd)
aan inleggers
OPGAVEN omtrent de Spaarbank der Maat
schappij tot „Nut van 't Algemeen” te
’s-Gravenhage. over het boekjaar 1893.
Aantal inlagen in het boekjaar gedaan beneden één
gulden
Aantal inlagen van
T’
Bedrag der uitbetalingen in het boekjaar (hieronder
ook op te nemen deaan inleggers uitbetaalde rente)
Tegoed der inleggers aan het einde van het boekjaar f
Bedrag van het reservefonds idem
Overige crediteuren idem
Geheel bedrag der waarden van de bank idem.
[s in het afgeloopen jaar ook verandering gebracht
in den rentetax?
Zoo ja. wat was aan het einde des boekjaars het
bedrag van den rentetax. waarnaar aan de inleggers
rente wordt toegekend
Is het kapitaal der bank geheel of ten deele geplaatst
in eene andere spaarbank
Zoo ja, tot welk bedrag aan het einde des boekjaars? f
en in welke spaarbank
1 tot beneden 10
10 >- 100
100 1000
>1 1000 en hooger
Totaal van het aantal inlagen in het boekjaar gedaan