33
II. Het verzoek van de Kamer van Koophandel te Zaan
dam aan de Regeering om intrekking der Wet op het plak-
zegel. Aan het verzoek om adhaesie meende de Kamer niet
te mogen voldoen, omdat zij het plakzegel niet in die mate
bezwarend acht, en omdat in het adres geen equivalent
wordt aangewezen, voor deze belasting in de plaats te stellen.
III. Een verzoek van A. Philips en anderen, allen werk
gevers en fabrikanten om adhaesie voor een adres aan de
Regeering tot het verhoogen der invoerrechten op verschil
lende artikelen. Daar de Kamer reeds zoovele malen en zonder
goeden uitslag in deze richting was werkzaam geweest, en
het haar toescheen dat de Regeering thans van herziening
van het tarief van invoerrecht of althans van strengere
toepassing er van, niet afkeerig is. wenschte zij het adres
voor kennisgeving aan te nemen.
Aan het verzoek der Kamer van Koophandel te Wagenin-
gen om mede te werken tot het tegengaan van den handel
in steenkolen door stationschefs, en daartoe behulpzaam te
zijn in het opsporen van feiten, ten einde later op grond
daarvan, bij de Regeering eene klacht te kunnen indienen,
werd besloten te voldoen.
Aldus vastgesteld door de Kamer van
brieken te s-Gravenhage den 15 Maart 1894.
H. MULDER, Voorzitter.
W. Th. GEVERS DEYNOOT,
Secretaris.
Koophandel en Fa-