J ll 133 van de daarvoor be- Handel en Scheepvaart. a. Binnenlandsche Handel. Paragraaf II letter a van het verslag der Earner van Koophandel bevat een overzicht van de verschillende markten ter dezer stede, van de hoeveelheid der aldaar aangevoerde voortbrengselen en stede prijzen. b. Buitenlandsche Handel. Ten aanzien van den buitenlandschen handel ver wijzen wij naar II letter b van het verslag der Kamer. c. Scheepvaart langs de rivieren kanalen en vaarten. Mededeelingen betreffende de scheepvaart worden ge vonden in 4 van het verslag der Kamer. Uit de opgaven van den Havenmeester blijkt, dat in 1894 de Gemeente zijn binnengekomen 66.161 vaar tuigen. metende 1013.218 ton. waarvoor aan havengeld is ontvangen f30.396.54. Aan havengeld voor houtvlotten (112 koppels) en losse balken (176 meters) werd ontvan gen f 17.68. Voorts werd aan liggeld eene som van f 170.31 ontvangen voor 241 vaartuigen, metende 5677 ton, aan niet-ingezetenen toebehoorende, terwijl f 752,80 werd ontvangen voor bewoonde en onbewoonde vaartuigen van ingezetenen der Gemeente. d. In- en uitklaringen. Hieromtrent zijn ons geene bijzonderheden bekend, e. Werven en Scheepsbouw. Onder 3 van het verslag der Kamer van Koophandel komen eenige mededeelingen betreffende de werven en den scheepsbouw voor. f. Schepen. Onder letter c. van dit Hoofdstuk treft men daarom trent eenige bijzonderheden aan. g. Reederijen, compacten. schippersgilden en zeemanscollegiën. Hieromtrent zijn ons geene bijzonderheden bekend,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1894 | | pagina 137