15 HOOFDSTUK IV. f Geldmiddelen. Naar de laatste door Gedeputeerde Staten afgesloten de ontvangsten en de uitgaven zoodat die rekening sluit met een batig saldo van rekening (art. 221 der wet van 29 Juni 1851 (Staatsblad no. 85). over het dienstjaar 1893, bedragen: f 4.851.110.60 4.590.209.385 weder voor den tijd van één jaar tot Archivaris der Gemeente benoemd.. Uit het door hem uitgebracht verslag stippen wij aan. dat de bibliotheek eene vermeerdering onderging met 005 nummers (waarvan 349 door aankoop en 250 door schenking). De Bibliotheek bestaat nu uit 7400 werken. Het tweede deel van den gedrukten catalogus zag bet licht, waarin 1900 nummers beschreven zijn. Het derde deel is ter perse. Het oud archief werd met enkele stukken vermeerderd. De ordening en regeling werd voortgezet. Vele inlichtingen van verschillenden aard werden verschaft. Met nadruk zegt de archivaris in zijn verslag dat dringend verbetering wordt geeischt in de plaatsing van bibliotheek en oud-archief. 200.841.2 P Verder verwijzen wij naar de staten (Bijlagen 8 en 9), der uitgaven afzon- die den aard der ontvangsten en derlijk vermelden. Van bovenvermeld saldo werd ten bate van den dienst 1894 beschikt tot een bedrag van f 07.048.475, terwijl het overige, ad f 193.792.74, ten goede kwam aan den dienst 1895. Volgens de door Gedeputeerde Staten goedgekeurde begrooting (art. 207) voor het dienstjaar 1895, is het geraamd bedrag: der ontvangstenf 4.981.000.83 en der uitgaven- 4.981.000.83 Op 16 April 1894 werd de inschrijving opengesteld op de vierde reeks obligatien, groot f 500.000, van de

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1894 | | pagina 21