24 ONAFGEBROKEN.! TIJDEL1.IK. TE ZAMEN. Gezinnen. Personen. 723 3454 396 1119 1840 1614 764 gezinnen, uit- waaronder 355 eenloopende gezellen en makende 3099 personen. Naar de verschillende kerkgenootschappen is de verdeeling, ingericht naar het voorschrift vervat in art. 26 der Veror dening, als volgt: zoodat die zes malen tegenover vier maal in den vorigen winter hebben plaats gehad. De intrekking van bedeeling, aan gezinnen van personen aan den winterarbeid geplaatst, geschiedde voor 119 personen niet f 78.60 in geld en 205 brooden ’s weeks. Bij het eindigen van het winterseizoen werd de onder steuning ingetrokken van 203 gezinnen, uitmakende 935 personen, tot een bedrag van f 102.05 in geld en 338 kilogrammen brood, en verminderd voor 128 gezinnen 495 personen met f 26.20 in geld en 3 brooden. Hierdoor en tengevolge der sedert 1 Januari plaats gehad hebbende mutatiën, werd de lijst der bedeelden teruggebracht tot 714 gezinnen, uitmakende 1819 personen, bedeeld met f 573 20 en 589 brooden ’s weeks. Wijzende, in verhouding tot hetzelfde tijdstip des vorigen jaars, opnieuw eene vermeerdering aan van 42 gezinnen met f 46.65 in geld en 7 kilogram brood minder. Het gezamenlijk aantal der door het Burgerlijk Armbestuur in 1894 bedeelden heeft, met uitzondering van dezulken ten wier behoeve reispenningen of transportkosten enz. werden verstrekt, bedragen l Gezinnen. Personen' Gezinnen. D I Personen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1894 | | pagina 516